Heb je net een vennootschap opgericht? Of een bestaande eenmanszaak omgevormd tot een vennootschap?
Wanneer de omzet van je bedrijf stijgt, wordt een vennootschap fiscaal gezien een interessante keuze. Want op de winst in je vennootschap betaal je enkel de vennootschapsbelasting. Die is, dankzij het vlakke tarief van 25%, een stuk interessanter dan de progressieve personenbelasting. En als je recht hebt op het verlaagde tarief, dan betaal je slechts 20% op de eerste schijf winst tot € 100.000.
Wie komt er in aanmerking voor het verlaagd tarief vennootschapsbelasting?
Het verlaagde tarief voor de vennootschapsbelasting geldt enkel voor kleine vennootschappen. Dit betekent dat je jaaromzet lager is dan € 9.000.000(excl. btw), je minder dan 50 werknemers in dienst hebt en je balanstotaal onder de € 4.500.000 blijft.
Financiële vennootschappen zijn uitgesloten van de verlaagde vennootschapsbelasting. Dat wil zeggen dat minstens 50% van de aandelen in handen moet zijn van natuurlijke personen.
De minimumbezoldiging van de bedrijfsleider
Verder is ook de minimumbezoldiging van de bedrijfsleider een belangrijke voorwaarde. Deze moet minimum € 45.000 bedragen voor minstens één bedrijfsleider. Dit bedrag mag je wel ruimer interpreteren dan enkel het loon. Je mag hier dus ook de eventuele andere vergoedingen, de extralegale voordelen en voordelen alle aard (VAA) bijrekenen.
Deze regel moet voorkomen dat je jezelf weinig of geen loon uitkeert, en dus bijna geen personenbelasting betaalt. Want de personenbelasting is met zijn maximale belastingdruk van 50% een stuk ‘duurder’ dan de vennootschapsbelasting.
De verplichte minimumbezoldiging geldt echter niet tijdens de eerste 4 jaar na de oprichting van je vennootschap. Maar opgelet, was jij of een medeoprichter daarvoor al zelfstandig? Dan tellen deze jaren mee in deze berekening.
Kan jouw vennootschap deze minimumbezoldiging nog niet dragen, en houd je na deze € 45.000 geen winst meer over? Dan mag je jezelf een lagere bezoldiging toekennen. Wel moet die minimum even hoog zijn als de uiteindelijke fiscale winst. Om de minimumbezoldiging te berekenen neem je dus het bedrijfsresultaat vóór de aftrek van de bezoldiging, en deel je dit door 2.
Vraag raad aan een boekhouder
Wees echter heel voorzichtig met deze berekening, want de ‘fiscale winst’ is niet altijd gelijk aan de winst op je resultatenrekening. Deze valt soms iets hoger uit, bijvoorbeeld als de fiscus een bepaalde professionele kost verwerpt.
Had jij jouw bezoldiging exact gelijk gezet aan de winst, om zoveel mogelijk van de verlaagde vennootschapsbelasting te genieten? Dan betekent de kleinste verhoging van je fiscale winst dat je geen aanspraak meer kan maken op het verlaagd tarief, en dat zou zonde zijn.
Anderzijds is het een goed idee om jouw persoonlijke situatie concreet in kaart te brengen, en te bekijken op welke belastingvrije som en op welke andere belastingverlagingen je recht hebt. Zo kan je voor elke bezoldiging op voorhand inschatten hoeveel personenbelasting en vennootschapsbelasting je uiteindelijk zal betalen.
Onze boodschap? Laat je voor deze fiscale planning bijstaan door een ervaren boekhouder, dat is voor de meeste vennootschappen trouwens een goed idee. Zo laat je geen belastingvoordeel liggen, en loop je ook geen belastingverlaging mis.
Accountable: ook voor vennootschappen
Toch willen de meeste bedrijfsleiders zelf nauw betrokken blijven bij hun boekhouding, ook als hun onderneming groeit en ze een vennootschap hebben opgericht. Want financieel inzicht is een belangrijke driver voor succes.
Gelukkig is Accountable er ook voor vennootschappen, en kan je ook als bedrijfsleider in een vennootschap je boekhouding in de gaten houden. Zo hoeft jouw boekhouder minder bezig te zijn met het boeken van je facturen, en blijft er meer tijd over voor waardevol advies. Advies over je bezoldiging als bedrijfsleider bijvoorbeeld, zodat jij maximaal en zonder zorgen kan genieten van het verlaagd tarief van de vennootschapsbelasting.
Team Accountable wenst je veel succes met je vennootschap.