Werk je mee in de eenmanszaak van je echtgenoot of partner en heb je daarnaast geen eigen inkomen? Via het statuut van ‘meewerkende echtgenoot’ krijg je een gedeelte van de inkomsten van het bedrijf toegewezen. Zo bouw je via je sociale bijdrage ook je eigen sociale zekerheid op.
Meewerkende echtgenoot: het maxistatuut
Het statuut van meewerkende echtgenoot kan je enkel aanvragen binnen een eenmanszaak en onder deze voorwaarden:
- Je bent getrouwd of wettelijk samenwonend met een zelfstandige in een eenmanszaak
- Je helpt minstens 90 dagen per jaar effectief mee in de zaak.
- Je hebt geen eigen inkomen via een baan in loondienst of een vervangingsinkomen
Als meewerkende echtgenoot hoef je zelf geen btw- of ondernemingsnummer aan te vragen. Daarnaast sluit je je aan bij hetzelfde sociaal verzekeringsfonds als dat van je partner.
Ben je zelf actief als zelfstandige? Dan mag je netto jaarinkomen, dus na aftrek van de beroepskosten en sociale bijdrage, niet hoger liggen dan € 3000 per jaar.
Het ministatuut
Hierboven las je de voorwaarden van met maxistatuut. Maar, personen geboren vóór 1956 konden zich ook aansluiten als meewerkende echtgenoot in het ministatuut. Ze betaalden dan nauwelijks sociale bijdragen, maar bouwden anderzijds ook amper sociale rechten op.
In het ministatuut bleef je voor de meeste zaken ten laste van de echtgenoot. Niet zo handig bij een scheiding, of wanneer de echtgenoot overlijdt. Het ministatuut kan je nu niet meer kiezen en zal dus langzaam uitdoven.
Jouw sociale bijdrage als meewerkende echtgenoot
Als meewerkende echtgenoot moet je je aansluiten bij hetzelfde sociaal verzekeringsfonds als je partner. Je betaalt ook een lagere sociale bijdrage, van € 330,02 per kwartaal. Daarmee bouw je wel volwaardige sociale rechten op, zoals o.a. gezondheidszorg en pensioen, moederschapsrust en gezinsbijslag.
En net zoals bij andere zelfstandigen, ontvang je na twee jaar een regularisatie van de sociale bijdragen met de definitieve berekening op basis van je werkelijke inkomsten. Verdiende je op jaarbasis minder dan € 8.430,72 netto? Dan blijft je definitieve bijdrage op € 330,72 per kwartaal. Liggen je inkomsten hoger, dan betaal je 20,50% op de inkomsten die aan jou zijn toegekend, en 14,16% op het gedeelte boven € 63.297,86.
Inkomsten en beroepskosten voor meewerkende echtgenoten
De ‘bezoldiging van de meewerkende echtgenoot’ moet in lijn liggen met wat je presteert in het bedrijf. Tot 30% van het bedrijfsinkomen is meestal geen probleem. Wil je een hoger percentage, dan moet je duidelijk aantonen dat je meer bijdraagt.
Net als andere zelfstandigen mag je je eigen beroepskosten en sociale bijdragen aftrekken van je belastbaar inkomen. Spaar je voor extra pensioen via het VAPZ? Dan mag je ook deze premie in de kosten inbrengen.
Voor gehuwden en samenwonenden kan het interessant zijn om via deze weg hun inkomen te splitsen. Want de belastingen worden eerst apart berekend op het jaarinkomen van beide partners, en nadien samengeteld in een gemeenschappelijke aanslag. Zo komen jullie beide minder snel in een hogere belastingschijf terecht.
De voor- en nadelen van het statuut ‘meewerkende echtgenoot’
Het statuut van meewerkende echtgenoot erkent en verzekert de sociale rechten van de partner die meehelpt in de zaak van de echtgenoot. Dit was vroeger niet het geval, dus dit is sowieso een grote verbetering. En ook fiscaal gezien kan het interessant zijn om het inkomen uit te splitsen.
Toch is het niet altijd een ideale oplossing, toch zeker niet voor lange tijd. Mochten jij en je partner uit elkaar gaan, dan kan die jou zomaar aan de kant schuiven, zonder enige opzegtermijn of ontslagvergoeding. Je hebt dan wel sociale rechten opgebouwd, maar als het fout loopt tussen jullie, blijf je nog steeds met lege handen achter.
Daarnaast blijft ook je inkomen redelijk beperkt, tot ca. 30% van de bedrijfsomzet. Terwijl de bijdrage van de meewerkende echtgenoot vaak zeer bepalend is voor het succes van het bedrijf.
Meewerkende vennoot? Of zelfstandige in de vennootschap van de partner?
Wanneer het bedrijf groeit en jullie samen voldoende inkomsten hebben, kan je overwegen om een vennootschap op te richten. Zo kan je de rol en bijdrage van beide partners beter valideren, en de ‘meewerkende vennoot’ zelfs opnemen in de statuten. Of de ene wordt bedrijfsleider en de andere werkt mee als zelfstandige, in hoofd- of in bijberoep.
Met een vennootschap beperk je ook de risico’s van het ondernemen. Dat is een belangrijk argument, zeker als jullie allebei in het bedrijf betrokken zijn en er weinig of geen andere inkomsten zijn voor jullie als gezin.
Daarnaast is een vennootschap ook fiscaal interessant, zeker als je voldoende inkomsten hebt. Je betaalt dan 25% vennootschapsbelasting op je winst, en zelfs minder als je in aanmerking komt voor de verlaagde vennootschapsbelasting. Ter vergelijking, het basistarief van de personenbelasting bedraagt eveneens 25%, maar loopt vrij snel op tot 40%, 45% en 50%.
Kies jij voor het statuut van meewerkende echtgenoot? Dan moet je een eigen boekhouding bijhouden, met daarin je inkomsten, beroepskosten en sociale bijdragen. En wie weet voer jij wel alle administratie en boekhouding van de eenmanszaak van je partner?