Auteursrechtenvergoeding en de personenbelasting: hier moet je op letten

Als freelancer met een creatief beroep zoals vertaler, softwareontwikkelaar of meubelontwerper mag je op je facturen een auteursrechtenvergoeding vragen voor je werk. Die vergoeding wordt lager belast dan andere beroepsinkomsten. Hoe geef je je auteursrechtenvergoeding correct aan? En welke gevolgen hebben auteursrechten voor je personenbelasting? Accountable zocht het voor je uit. 

Beroepsinkomsten en auteursrechtenvergoeding: een ander belastingpercentage 

Een inkomen uit auteursrecht wordt binnen bepaalde grenzen beschouwd als een roerend inkomen. Op dat roerend inkomen betaal je minder belastingen (de roerende voorheffing) dan op de rest van je beroepsinkomen, namelijk tussen 7,5 en 15 procent. En het mooiste is: je klant betaalt die roerende voorheffing, niet jij. 

Tip: tot 16.560 euro aan auteursrechten reken je 7,5 procent aan roerende voorheffing, tussen de 16.680 en 33.360 euro 12,5 procent en daarboven 15 procent.  

Hoe ziet de belasting op auteursrechten eruit? 

Je kunt als auteur een bedrag van maximaal 64.070 euro per jaar (inkomstenjaar 2022) als auteursrechtenvergoeding factureren. 

Van dat bedrag mag je nog kosten aftrekken (werkelijke kosten of een kostenforfait): 

• Tot 16.680 euro aan auteursrechtenvergoeding mag je een kostenforfait van 50 procent aftrekken. 
• Van 16.680 tot 33.360 euro mag je 25 procent kosten aftrekken. 
• Van het bedrag boven 33.360 euro mag je geen kosten aftrekken. 

Zo wordt het belastbare bedrag van de auteursrechtenvergoeding nog lager. 

Voorbeeld personenbelastingen op auteursrechten en aftrekbare kosten

Een rekenvoorbeeld maakt het duidelijker: 

Je ontvangt als auteur 25.000 euro aan auteursrechten. 

• Van de eerste schijf van 16.680 euro mag je 50 procent kosten aftrekken. Er blijft 8340 euro over. 

• Van de tweede schijf, in dit voorbeeld 8340 euro, mag je 25 procent aan kosten aftrekken. Daarvan blijft 6240 euro over. 
• In totaal blijft een belastbaar bedrag over van 14.580 euro aan auteursrechtenvergoeding, waarop je klant 7,5 procent roerende voorheffing betaalt. 

In je personenbelasting komen hier wel nog lokale belastingen, zoals de gemeentebelasting, bovenop. Toch krijg je een groot voordeel in vergelijking met het belastingpercentage op de gewone beroepsinkomsten. 

Wat heb je nodig als je auteursrechten aangeeft in je personenbelasting?

Voor de inkomstenbelasting ontvang jij van je opdrachtgever de fiscale fiche 281.45. Daarin staan alle bedragen met betrekking tot de auteursrechtenvergoeding die je hebt ontvangen.  

Je bent verplicht je auteursrechtenvergoeding aan te geven in de personenbelasting, ook al betaalde je klant de roerende voorheffing in jouw naam. Wat je klant betaald heeft, wordt namelijk beschouwd als een voorschot op de verschuldigde belasting. De eindafrekening volgt in je personenbelasting. 

Auteursrechten: welke rubriek van de personenbelasting vul je in?

Je neemt de gegevens van de individuele fiche over in Deel 1, Vak VII ‘Inkomsten van kapitalen en roerende goederen’, D ‘Inkomsten uit de cessie of concessie van auteursrechten, naburige rechten en wettelijke en verplichte licenties’. Daar vul je de volgende codes in: 

• 1117-47 Inkomsten (bruto) 
• 1118-46 Forfaitaire kosten 

• 1119-45 Roerende voorheffing 

Wil je nog meer weten over de auteursrechtenvergoeding?

Auteursrechten en de bijbehorende fiscale gunstregeling zijn complexe materie. Vraag hulp aan je boekhouder voor je start met auteursrechtenvergoedingen te factureren. Ook bij de partnerboekhouders van Accountable kun je terecht voor advies. En onze app verwerkt natuurlijk vlotjes al je facturen met auteursrechten: gebruik de app ook om facturen met auteursrechten op te stellen, automatisch de roerende voorheffing te laten berekenen, en je personenbelasting te laten opstellen inclusief je inkomen uit auteursrechten. Probeer de app gratis uit!